top of page

Zijnsluik 

Naast het denkluik beschrijft Tessa Kieboom (2017) hoogbegaafdheid aan de hand van het zijnsluik. Het zijnsluik bestaat uit vier opvallende eigenschappen van hoogbegaafde mensen. Deze mensen beschikken over een groot rechtvaardigheidsgevoel, ze zijn gevoelig, ze zijn kritisch ingesteld en ze leggen van nature de lat erg hoog voor zichzelf, maar ook voor hun omgeving. 

Rechtvaardigheidsgevoel

Het gaat om leerlingen die een sterke focus leggen op wat eerlijk is en wat niet, op wat afgesproken is en wat niet, op wat beloofd is en wat niet. Het komt voor dat ze volwassenen kritische vragen stellen of aanspreken op het handelen van hen. Een hoogbegaafde leerling wil in het kleinste detail weten waarom een nieuwe regel wordt ingezet of waarom andere regels gelden. 

Praktijkvoorbeeld

De leerkracht heeft in de klas een nieuwe regel geïntroduceerd om ervoor te zorgen dat de leerlingen consequent met de klassenregels omgaan. Als ze met de klas in de kring zit, geeft ze uitleg over deze nieuwe regel. Iedereen reageert enthousiast en probeert zich aan de regels te houden om ervoor te zorgen dat ze wat leuks kunnen doen met de klas, behalve Piet. De leerkracht gaat samen met hem in gesprek en komt erachter dat Piet veel vragen in zijn hoofd heeft voor de leerkracht, waarom zij deze regel heeft ingezet. Nadat de leerkracht een gesprek heeft gevoerd met hem probeert hij ook goed aan de nieuwe regel te werken. 

Kritische instelling

Het lijkt er op dat deze leerlingen een soort scan hebben die zij de hele dag door gebruiken. Alles en iedereen wordt doorgelicht. Het probleem hierbij is dat het resultaat van de scans meestal definitief is. Valt die scan positief uit, dan is er geen probleem, maar als het resultaat negatief is, dan zal het lastig worden. Op een eerste schooldag zullen deze leerlingen proberen uit te zoeken hoe het zit met de afspraken bij de nieuwe leerkracht. Hoe positief en opbouwend een kritische instelling van nature is, zit er ook een andere kant aan. Wie kritisch ingesteld is, kan door anderen als betweterig en arrogant worden ervaren. 

Praktijkvoorbeeld

Een leerling vraagt op de eerste schooldag of ze het over piraten gaan hebben. 'Wat vraag jij nu!' antwoordt de juf, die met anderen dingen bezig was. 'Op deze eerste schooldag gaan we het echt niet hebben over piraten!' En het zal van de interesse van de andere klasgenoten afhangen of we het erover gaan hebben.' 's Middags komt de leerling teleurgesteld thuis: 'Ik heb helemaal geen leuke juf.' 

Grote gevoeligheid

Een derde element is de grote gevoeligheid. Deze gevoeligheid toont zich op twee gebieden. Enerzijds maken hoogbegaafde leerlingen zich vaak zorgen. Ze beleven problemen en gevaren anders dan andere leerlingen. Anderzijds zijn ze heel gevoelig voor de boodschap achter de boodschap. Deze leerlingen voelen het onmiddellijk aan als onder mensen of in een bepaalde situatie oprechtheid of echtheid afwezig is. Als ze te maken krijgen met mensen die iets anders zeggen dan datgene wat ze eigenlijk denken of voelen, ervaren ze dit als een enorme vertrouwensbreuk. 

Praktijkvoorbeeld

Een kind is samen met haar ouders en een jonger zusje op het strand. Het jongere zusje loopt op en neer de zee in en uit en gilt van plezier. Ze vraagt haar grote zus om mee te spelen, maar zij wil dit niet. Haar grotere zus maakt zich namelijk zorgen. Ze kijkt het een tijdje aan, maar loopt later naar haar moeder toe: 'Mama, ik vind het niet leuk dat zij steeds de zee in loopt dadelijk verdrinkt ze!'6

De lat hoog leggen

De lag hoog leggen is de meest ingrijpende, maar ook onbewuste eigenschap van hoogbegaafd zijn. Als je een sterk denkvermogen hebt en dus in staat bent om complex te redeneren, is de lat hoog leggen voor jezelf vaak iets wat je spontaan doet. Als de lat hoog leggen uitmondt in het stellen van onrealistische eisen aan de leerling zelf, dan maken opgeven, niet eens beginnen aan een opdracht, ontevreden zijn over bereikte resultaten deel uit van de andere van de medaille. De reden hiervoor is duidelijk deze leerlingen kunnen niet omgaan met de verwachtingen die gepaard gaan met de uitdagingen. Verwachtingen die zij vooral zelf creëren en waaraan vooral zij vinden dat ze hier aan moeten voldoen. Meestal zien ze niet in dat dit niet de verwachtingen zijn die worden gesteld. De lat hoog leggen kan leiden tot onderpresteren, omdat ze het gevoel hebben absoluut geen fouten te mogen maken. Dit leidt er toe dat ze bepaalde dingen helemaal niet meer willen doen of vroegtijdig op geven. De lat hoog leggen werkt niet alleen negatief, maar ook vaak positief. Samen met een sterk denkvermogen en de kracht om complex te kunnen redeneren, komen hoogbegaafde mensen vaak tot unieke prestaties. Zolang de verwachtingen realistisch en haalbaar zijn en ze in staat zijn om bij te stellen waar nodig (Kieboom, 2015). 

Praktijkvoorbeeld

Een leerling uit groep 6 heeft morgen een toets van topografie. Als hij vandaag niet gaat leren, weet hij zeker dat hij een onvoldoende gaat halen. Maar als hij morgen toets heeft, dan moet hij een 10 halen, want voor minder doet hij het niet. Stel dat hij een 7 haalt, dan kan hij daar niet mee omgaan. Het is dus beter dat hij niet leert, om teleurstelling te voorkomen. 

Deze vier eigenschappen samen die het zijnsluik vormen, zorgen ervoor dat hoogbegaafden zich vaak anders voelen dan anderen. 

Praktijkvoorbeeld

Een meisje uit groep 7 heeft drie hele goede vriendinnen. Als zij samen afspreken, vertrouwt zij haar geheim toe, namelijk dat ze verliefd is op een klasgenoot. Ze vraagt haar vriendinnen om het aan niemand door te vertellen, maar een paar dagen later hoort ze op het schoolplein dat toch iemand het weet. Het meisje is heel verdrietig en weet niet wat ze moet doen. 

zijnsluik.png
WordItOut-word-cloud-3366199-1024x634.pn
bottom of page